Effectuering advies tijdelijke commissie Jansen
Provincies worden op de provinciefondsinkomsten gekort voor de veronderstelde inkomsten uit (eigen)vermogen (verkregen uit de verkoop van hun energiebedrijven). Dit is de korting ‘‘OEM/vermogen’’. Een provincie met meer inkomsten uit (eigen)vermogen krijgt minder geld uit het provinciefonds. Hiermee wordt recht gedaan aan de uitgangspunten van de Financiële verhoudingswet. Deze uitgangspunten houden in dat provincies in gelijke omstandigheden een gelijke financiële uitgangspositie hebben.
De korting OEM/vermogen van de provincie Zeeland bedraagt € 10 mln. en is gebaseerd op de veronderstelde Delta-dividenden (peiljaar 2008). Zeeland heeft haar energiebedrijf niet verkocht; de verkoop van de kerncentrale is onderhevig aan toestemming van de Minister van Economische Zaken. Over 2016 en 2017 beliepen de Delta-dividenden nihil en de verwachting is dat dit de komende jaren niet anders zal zijn. Op dit moment wordt de provincie Zeeland dus gekort op de provinciefondsinkomsten voor baten die zij feitelijk niet ontvangt. Daarnaast wordt Zeeland geconfronteerd met de sanering van het voormalige Thermphos terrein (fosforchemie).
Achtergrond probleem
Eind 2014 heeft het IPO-bestuur een externe Commissie Aanpak Verdeelvraagstukken Provinciefonds ingesteld met de opdracht een zwaarwegend advies uit te brengen over een toekomstbestendige(r) (eenvoudiger) verdeling van het provinciefonds. In december 2015 brengt de commissie (Jansen I) haar verslag uit in het rapport “Redelijk Verdeeld”. De voor de implementatie van het vereenvoudigde verdeelmodel vereiste wijziging van de Financiële-verhoudingswet is op 31 januari 2017 met algemene stemmen aangenomen door de Tweede Kamer. De Eerste Kamer heeft het voorstel op 23 mei 2017 zonder stemming aanvaard. Bij de behandeling van het wetsontwerp in de Tweede Kamer is aandacht gevraagd voor de financiële problematiek van de provincie Zeeland. Ook is de motie Veldman/Fokke aangenomen waarin de regering wordt gevraagd om binnen twee jaar met een plan van aanpak te komen, gericht op het binnen drie jaar herzien van de grondslagen van het provinciefonds.
Voorgestelde oplossing
In opdracht van het IPO-bestuur wordt de tijdelijke commissie Jansen II geïnstalleerd om met een tijdelijke oplossing voor drie jaar te komen voor de financiële problematiek van de provincie Zeeland (in afwachting van de herziening van de grondslagen van het provinciefonds). De commissie is met haar werkzaamheden gestart in juni 2017. In december 2017 brengt de commissie haar advies uit, bestaande uit drie bouwstenen; 1.) een bijdrage vanuit Zeeland, 2.) bijdrages vanuit de andere provincies en 3.) een bijdrage vanuit het Rijk. Een tripartite oplossing, waarmee het IPO-bestuur op 25 januari 2018 unaniem instemt. De korting OEM/vermogen voor de provincie Zeeland wordt hierbij gecorrigeerd tot het meerjarig gemiddelde van de Delta-dividendinkomsten over de jaren 2013 - 2017. Hierdoor daalt de korting OEM/vermogen van Zeeland van € 10 mln. naar € 3,3 mln.
Per saldo ziet de tijdelijke oplossing er als volgt uit:
- Tijdelijke verhoging opcenten motorrijtuigenbelasting provincie Zeeland (3 jaar x € 3,3 mln.)
Een tijdelijke verhoging van de opcenten motorrijtuigenbelasting (MRB) met 6,8 opcenten over de jaren 2019-2021 (deze verhoging kan niet eerder ingaan dan in 2019). Het tarief opcenten MRB van de provincie Zeeland komt hiermee uit op 110% van het landelijk gemiddelde op 89,1 opcenten. In combinatie met de toltarieven voor de Westerscheldetunnel wordt de provincie Zeeland hiermee landelijk koploper qua mobiliteitskosten.
- Tijdelijke bijdrages vanuit de andere provincies aan de provincie Zeeland (3 jaar x € 6,7 mln.)
De tijdelijke bijdrages van de andere provincies (ter aanvulling van de provinciefondsinkomsten voor Zeeland) belopen in totaal € 6,7 mln. per jaar, over een periode van drie jaar (2018-2020). De verdeling van dit bedrag over de andere provincies vindt plaats naar rato van de eigen vermogens van de provincies.
- Rijksbijdrage voor sanering Thermphos terrein
Het Rijk heeft zijn bijdrage aan de oplossing van de financiële problematiek van Zeeland geleverd middels een bijdrage van € 27,7 mln. voor de sanering van het voormalige Thermphos terrein.
Financiële gevolgen oplossing voor provincie Utrecht en dekking
De tijdelijke bijdrage van de provincie Utrecht in de oplossing van de financiële problematiek van de provincie Zeeland komt neer op een jaarlijkse bijdrage van € 200.000 over de jaren 2018-2020. In totaal € 600.000. Dekking hiervoor kan worden gevonden in de ‘‘Egalisatiereserve provinciefonds en opcenten MRB’’. De bijdrage van de provincie Utrecht in de financiële problematiek van de provincie Zeeland kan immers gezien worden als een correctie op eerder door de provincie Utrecht (te veel) ontvangen provinciefondsinkomsten. De € 200.000 zal worden opgenomen op de post Overige bij de Algemene middelen.